Op weg naar betrouwbare microplastic monitoring in de grote rivieren

Sinds de jaren ‘60 is het gebruik van plastics in de wereld explosief toegenomen. Plastic zwerfafval (en autobandenslijpsel) breekt langzaam af tot microplastics. Microplastics komen overal in het milieu voor, zo blijkt uit vele publicaties. Hoeveel kilogram microplastics jaarlijks Nederland binnenkomt en in hoeverre de hoeveelheid microplastics in de grote rivieren toeneemt is echter onduidelijk.

De geschatte hoeveelheden variëren enorm en een onderbouwde monitoringsmethodiek bestaat nog niet. In samenwerking met Duitse en Belgische overheidsinstanties gaat Rijkswaterstaat onderbouwen hoe je microplastics in rivierwater kan bemonsteren en meten om een betrouwbaar antwoord op deze vragen te krijgen.

Extra aandacht voor plastic zwerfafval

In het regeerakkoord van vier jaar geleden is opgenomen dat er extra aandacht besteed moet worden aan (het voorkomen van) plastic zwerfafval. Plastic zwerfafval valt uiteen in steeds kleinere stukjes plastics: microplastics (kleiner dan 5 millimeter) en uiteindelijk nanoplastics (kleiner dan 1 micrometer). Ook textiel, verf, slijtage van autobanden en bijvoorbeeld de plastic verwerkende industrie zijn een bron van microplastics. Op dit moment is onduidelijk hoeveel microplastics er in ons milieu zitten.

Het Laboratorium monitort microplastics in rivieren

Als uitwerking van het regeerakkoord is een beleidsprogramma opgesteld, waarin onder andere het Laboratorium de opdracht kreeg om een strategie te ontwikkelen voor het monitoren van microplastic vrachten in rivieren. Hoe veel kilogram microplastics stroomt ons land binnen via België en Duitsland? Hoeveel kilogram microplastics stroomt er vervolgens naar de zee?

De strategie is erop gericht om de Monitoring van de Waterstaatkundige Toestand des Lands (MWTL), waar de vrachten van diverse parameters zoals zware metalen en organische verontreinigingen in de Nederlandse rivieren al door Rijkswaterstaat gemonitord worden, uit te breiden met het monitoren van microplastics. Daarnaast is Rijkswaterstaat bezig om de monitoring van microplastics in de zoute wateren uit te werken. In dat programma ligt de nadruk in eerste instantie meer op aantallen microplastics in sediment.

Een innovatieve wijze van bemonsteren

Inmiddels is er zowel in Lobith als Eijsden een installatie geïnstalleerd die continu zwevend stof verzamelt voor de analyse van microplastics. Dit is een nieuwe wijze van bemonsteren, die is uitgewerkt in samenwerking met collega’s uit Berlijn. Met behulp van een dompelpomp die in de rivier ligt, wordt water gepompt naar een sedimentkist, waarin het zwevend stof met de microplastics achterblijft. In Lelystad is in samenwerking met BAM in Berlijn een TED-GC-MS in gebruik genomen om microplastics betrouwbaar te kunnen meten.

sedimentkisten
sedimentkisten
TED-GCMS Rijkswaterstaat Lelystad
TED-GC-MS in Lelystad

(Inter-)nationale workshops: meedenken over de Rijkswaterstaat-aanpak

Op 11 en 14 december heeft Rijkswaterstaat vier online bijeenkomsten gehouden, met 60 geïnteresseerden en mogelijke samenwerkingspartners voor het microplastic monitoringsproject dat Rijkswaterstaat in 2021 en 2022 gaat uitvoeren. Verspreid over de diverse workshops hebben de deelnemers meegedacht over de aanpak om te komen tot een verantwoord monitoringsprogramma. Als basis voor de workshops zijn presentaties van diverse deskundigen opgenomen, toegespitst op:

Tijdens deze workshops zijn naast microplastics-analyse en -bemonstering diverse Rijkswaterstaatbrede onderwerpen ter sprake gekomen, zoals handhaving van afvalwaterlozingen van plasticverwerkende bedrijven en mogelijke sedimentatie van microplastics in Zuid-Holland of Zeeland.

Hoe verder in 2021?

In samenwerking met nationale partners (lees: regionale directies, waterschappen, waterleidingbedrijven, hogescholen en universiteiten) en internationale partners (lees: Belgische en Duitse overheidsinstanties) worden in 2021 diverse korte, guerrilla-onderzoeken uitgevoerd om specifieke vragen te beantwoorden, zoals:

  • Op welke diepte kunnen microplastics in water het best bemonsterd worden?
  • Hoe goed is de bemonsteringsinstallatie bestand tegen de elementen?
    Op welke wijze kunnen vrachten van microplastics betrouwbaar gemeten worden?
  • Zijn de Nederlandse bemonsteringsuitkomsten en analyse-uitkomsten voor de Rijn en Maas in overeenstemming met die van België en Duitsland?
  • Zijn de gekozen bemonsterings- en meetmethoden ook geschikt voor nanoplastics?
  • Vindt er in de Nederlandse rivierdelta sedimentatie plaats van microplastics?

Vooruitblik naar 2022

Samen met vertegenwoordigers van andere afdelingen van Rijkswaterstaat is het RWS Lab bezig om voor 1 januari 2022 de continue bemonstering van zwevend stof op deze 10 locaties mogelijk te maken. In 2022 zal door Rijkswaterstaat op circa 10 locaties in Nederland maandelijks op twee manieren zwevend stof verzameld worden: continu met de microplastic sedimentbox en gedurende een kortere periode met een centrifuge (MWTL-methode). Op basis van de in 2022 verkregen meetresultaten wordt uiteindelijk een advies gegeven op welke wijze microplastic-vrachten door Rijkswaterstaat gemonitord kunnen worden, als onderdeel van MWTL.

Meer informatie

Monitoring microplastics