Kennisbibliotheek

Het rapport bevat de onderzoeksresultaten van onderzoek naar de opinie van het Nederlandse publiek over de hoeveelheid zwerfafval.

Het rapport bevat de jaarresultaten over 2024 van de landelijke metingen naar zwerfafval.

Rijkswaterstaat monitort in opdracht van IenW zwerfafval in de Rijn, Maas en in de Westerschelde. Zowel het drijvende zwerfafval als het zwerfafval op de oevers wordt in kaart gebracht. Ook ontwikkelt RWS methodieken voor zwerfafval in de waterkolom en op de rivierbodem. In 2024 is gestart met monitoring van drijvend zwerfafval en zwerfafval op de oevers. Dit rapport presenteert de resultaten van dit eerste meetjaar. Daarnaast geeft het de stand van zaken voor de andere meetmethodieken die in ontwikkeling zijn.

Sommig zwerfafval ontstaat door afval dat vanaf de kades in het water belandt.
Het voorkomen dat afval in het water terecht komt is de stap die het meeste impact heeft. Daarom heeft een groep ontwerpers en experts nieuwe ideeën  bedacht voor effectieve oplossingen voor het ontstaan van zwerfafval in water vanaf rivierkades.

In dit rapport worden twee methodieken gepresenteerd om het netto transport van zwerfafval in het estuarium te kunnen bepalen. De eerste methodiek gebruikt hiervoor monitoringdata van drijvend zwerfafval, en de tweede methodiek data van transport in de waterkolom. Beide methodieken combineren deze data met stromingsdata om te komen tot een schatting van de netto transportverhouding van zwerfafval naar zee.

Leaflet Een schone bouwplaats

Leaflet Een schone woonwijk.

Rijkswaterstaat meet ook het zwerfafval op eigen areaal. Sinds de nulmeting in 2020 worden twee keer per jaar metingen uitgevoerd op verzorgingsplaatsen, toe- en afritten en verbindingswegen. Het aantal meetpunten is in ontwikkeling en wordt nog steeds uitgebreid.

Dit rapport bevat de onderzoeksresultaten voor 2023 van een kwantitatief onderzoek onder het algemeen Nederlands publiek naar de gepercipieerde hoeveelheid zwerfafval in Nederland.

In de Landelijke Zwerfafvalmonitor 2023 is te zien dat er minder grof zwerfafval is waargenomen dan het afgelopen jaar. Het fijn zwerfafval is gelijk aan 2022.

In de monitor wordt 6 keer per jaar op 20 gebiedstypen een meting uitgevoerd die bestaat uit een telling van het zwerfafval en een analyse van het soort zwerfafval. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen fijn en grof zwerfafval.